donderdag 1 augustus 2013

compromis

Na onze Santiagowandeling vonden de kinderen dat het tijd was voor een camping met Nederlandse kinderen. Zij mochten kiezen. We hadden nog twee weken te gaan, dus met  de trein van La Coruna naar Barcelona. We hadden bedacht dat dit niet al te ver van de Costa’s moest lukken.  Ons oog viel op Banjoles: 20 kilometer van de kust af tussen Barcelona en Girona.

Het was een echt Nederlandse camping waar zelfs in winkel en snackbar Nederlands gesproken werd. Er waren alleen maar rechte en gelijke plaatsen en negentig procent echt Nederlandse mensen. Wij kregen met onze driepersoonstent een plaats waar een caravan en zware auto met gemak konden staan. Erg groot voor ons minitentje en vier rugzakken. We voelden ons niet op ons gemak. Buren wilden graag hun auto op “ons” terrein plaatsen, maar verder waren wij niet interessant. De kinderen wel, zij zaten meteen in het zwembad, hadden vriendjes en waren de hele wandeling vergeten.
We waren een bezienswaardigheid geworden. Diverse mensen kwamen voorbij lopen en bespraken hardop hoe raar we waren. “Ze hebben niet eens een auto bij zich!” en “Hoe kan je nou met een gezin in zo’n klein tentje slapen?” Erg bijzonder. Iedere dag wandelden Lydia en ik naar het dorp voor de boodschappen, verder hadden wij onze Hollandse vakantie van tien dagen met  zwembad en patat van Ad op de camping.

Het was voor ons een ware cultuurschok. Wat waren Lydia en ik blij dat we hierna onze rugzak weer op mochten doen. Toch hadden we hier ook iets geleerd; Zo’n echt Hollandse camping is niet ons ding.  We hebben tijdens de volgende vakanties nooit meer zo n camping bezocht.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten