Mijn zus woonde begin jaren zeventig op kamers en nam in een
weekeinde haar vriend mee naar huis. Wat een gedoe voor ma, moest de
logeerkamer ook nog schoongemaakt worden.
Deze jongeman kwam uit een klein gezin met slechts één
broer. In dat gezin werd naar elkaar geluisterd. In ons gezin was het altijd
een drukste van jewelste. Als je je mond niet opendeed werd je niet gehoord,
dus iedereen roerde zijn mond. Ma, die de gehele week alleen thuis was, praatte
en floot altijd tegen de kanarie. Ze vertelde altijd wat ze nog moest doen en
vond het vervelend dat niemand haar werk uit handen nam. Wij, haar kinderen,
luisterden hier niet naar. Ma was meestal in de keuken aan het werk, dus
zorgden wij ervoor dat we op zaterdag daar uit de buurt bleven. Dan kregen we
geen klusjes opgedragen.
Deze jongeman was dit niet gewend. Hij verbaasde zich, waarschijnlijk terecht, dat niemand naar ma luisterde en dat iedereen zich aan haar gezag onttrok. Aangezien hij zijn draai nog moest vinden besloot hij bij ma in de keuken te gaan zitten. Dit tot ergernis van iedereen. Wij vonden hem een slijmbal, hij zelf voelde zich enigszins ongelukkig, en mijn moeder voelde zich misschien wel het ongelukkigst. Nu zat er zo’n jongeman aan de keukentafel die af en toe antwoord gaf. Dat was ze niet gewend. Normaal gesproken moest ma het doen met een goed gegokte ja of nee vanuit de woonkamer. Nu moest ze het gesprek aangaan, iets wat ze vooral gewend was, want dan kon ze niet doorwerken. Uiteindelijk is iedereen de ochtend zonder kleerscheuren doorgekomen.
Deze jongeman was dit niet gewend. Hij verbaasde zich, waarschijnlijk terecht, dat niemand naar ma luisterde en dat iedereen zich aan haar gezag onttrok. Aangezien hij zijn draai nog moest vinden besloot hij bij ma in de keuken te gaan zitten. Dit tot ergernis van iedereen. Wij vonden hem een slijmbal, hij zelf voelde zich enigszins ongelukkig, en mijn moeder voelde zich misschien wel het ongelukkigst. Nu zat er zo’n jongeman aan de keukentafel die af en toe antwoord gaf. Dat was ze niet gewend. Normaal gesproken moest ma het doen met een goed gegokte ja of nee vanuit de woonkamer. Nu moest ze het gesprek aangaan, iets wat ze vooral gewend was, want dan kon ze niet doorwerken. Uiteindelijk is iedereen de ochtend zonder kleerscheuren doorgekomen.
Jongeman Ruud is gebleven. Hij loopt inmiddels al zo’n
veertig jaar als gewaardeerd lid in het gezin rond. Aan de keukentafel met ma
alleen heb ik hem zelden nog gezien.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten