maandag 30 september 2013

schrootjes

Het huis van mijn ouders was een vrijstaand jaren zestig huis. Ruim en gehorig. Veel gestuukte muren en plafonds, natuursteen op de grond. Een groot leren bankstel en een woonkeuken. Helemaal prima om met 7 kinderen in te wonen. Die kinderen drukten in de loop der jaren hun stempel op de inrichting.  Natuurlijk omdat smaken verschillen. Ook omdat kinderen bepaalde zaken in een huis aanbrengen verdonkermaand moeten worden.

Ik herinner mij de keuken. De keuken was een grote leefplaats waar wij met het gehele gezin in aten. Er werden spelletjes gespeeld, de wasmachine stond altijd aan en soms haalden we wat rottigheid uit. Mijn jongste broer Stan en ik hadden er een sport van gemaakt om elkaar te beschieten met chocolademelk. Dat ging als volgt. We deden chocolademelk op een theelepeltje, legden dit op de rand van de tafel en gaven er een dreun op, zodat de melk in een spoor door de lucht naar de overkant spoot en de overbuurman raakte. Dachten we. Na een aantal dagen bleek dat het spoor vooral op het plafond en de muren zat, de keuken geschilderd moest worden en toch die chocolademelk zichtbaar bleef.

Zo ook de open trap naar onze zolderkamer. Na heel wat nachtelijke avonturen en soms was braakpartijen zagen de muren naar de zolder er niet uit. Ook hierop zaten sporen van verloren tomatensap en overig braaksel. De jaren zeventig bracht uitkomst. Het hele huis werd in tien jaar tijd omgebouwd tot een huis met houten schrootjes, want op deze manier kon mijn moeder alle ongemakken uit het zicht houden.

Toen Lydia en ik in de jaren negentig ons eerste huis in Hilversum kochten, hebben we de schrootjes op de muren maar laten zitten. Je weet nooit wat erachter zit. 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten