De afgelopen twee weken was ik er klaar mee. Helemaal klaar.
Van mij mocht de spuit erin. Afgelopen, over, finito, maar hopelijk ook rust.
Ik had bijna geen energie en als ik energie had, was deze na een uur weer
verdwenen. Geen energie hebben is slecht voor het hoofd. Als niets meer lukt of
vanzelf gaat, wordt het leven voor mij niet leuk meer. Tot nu toe is mijn motto
geweest:”Ik blijf ademen zolang het leuk is.” Dan moet je ook woord
houden, vind ik.
Afgelopen maandag was het grote dieptepunt. Jankend riep ik
uit dat ik echt niet meer wil. Niet
gezellig voor mijn familie, maar ja, ik ben ook maar een mens. Ik
sleepte me toch weer voort, ook naar werk, en tijdens mijn spaarzame lessen die
ik geef ontdekte ik dat ik dat toch nog wel erg leuk vind, lesgeven. Een
lichtpuntje dus.
In de nacht van dinsdag op woensdag, ik ben zelden zo moe
gaan slapen, kwam ik niet in slaap. Plots gebeurde het. Het leek wel of ik de
vermoeidheid weg voelde glijden. Beetje bij beetje trok het uit mijn lichaam.
De smaak in mijn mond werd anders. Het smaakte minder giftig. Zou het echt over
gaan? Een wonder. Met een glimlach ben ik in slaap gevallen. Woensdag stond ik
na een korte nacht tamelijk fit op. Ik kon de wereld weer aan. Het voelde weer
goed. Nog steeds niet veel energie, maar dat is anders dan geen. Het leven
wordt weer leuk.
Niets was minder waar. Het werd een klote dag, met allerlei
onverwachte onderzoeken. In plaats van ’s ochtends anderhalf uur in het
ziekenhuis zoals gepland, kwam er ’s middags ook nog even 3 uur ziekenhuis bij.
Weg leuke dag. Ik onderging het met een glimlach. Vasthouden nu! Ik blijf mooie
momenten verzamelen.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten